Een juridische strijd met hoge inzet barst los nu een gerenommeerd energieopslagbedrijf te maken krijgt met een rechtszaak wegens batterijbrand
Een juridische strijd met hoge inzet barst los nu een gerenommeerd energieopslagbedrijf te maken krijgt met een rechtszaak wegens batterijbrand

Een juridische strijd met hoge inzet barst los nu een gerenommeerd energieopslagbedrijf te maken krijgt met een rechtszaak wegens batterijbrand

Een juridische strijd met hoge inzet barst los nu een gerenommeerd energieopslagbedrijf te maken krijgt met een rechtszaak wegens batterijbrand

In een schokkende gang van zaken heeft een verwoestende batterijbrand het toneel geëffend voor een juridische botsing met hoge inzet tussen een vooraanstaand energieopslagbedrijf en een bekende toeristische bestemming. De zaak, afkomstig van China Judgments Online, werpt licht op de catastrofale gevolgen van batterij-gerelateerde ongelukken en de ingewikkelde juridische ingewikkeldheden rond schadevergoedingsclaims. Omdat beide partijen met aanzienlijke verliezen kampen, wordt verwacht dat de definitieve uitspraak van de rechtbank verstrekkende gevolgen zal hebben voor de snelgroeiende energieopslagindustrie.

Op 30 januari 2015 werd een contract gesloten met de naam “Electric Boat Refitting Agreement” tussen de toeristische bestemming (partij A) en het energieopslagbedrijf (partij B) in China. Volgens het contract werd Partij B belast met de aanpassing van elektrische boten met behulp van energieopslagsystemen uit nikkel-waterstofbatterijen, naast het ontwerp en de installatie van laadpalen en verdeelkasten. De overeenkomst omvatte 30 sets batterijsystemen voor elektrische boten, met een totale contractwaarde van 4.2 miljoen yuan ($651,500).

Het noodlot sloeg toe op 2 maart 2019, toen er brand uitbrak op een elektrische boot die aanmeerde bij de pier van de bestemming, waardoor een inferno ontstond dat 11 elektrische boten en 11 oplaadpalen verwoestte. De daaropvolgende brand en rook maakten een onmiddellijke evacuatie noodzakelijk, wat resulteerde in de opschorting van de activiteiten van de toeristische bestemming tot 22 maart 2019 vanwege brandbestrijdingsinspanningen en herstel van het milieu. Bovendien werden de overige omgebouwde elektrische boten buiten bedrijf gesteld.

De juridische saga ging verder toen een van de elektrische boten op 5 november 2020 spontaan ontbrandde en explodeerde, terwijl deze niet in gebruik was. Als reactie daarop heeft de toeristische bestemming op 16 maart 2021 het energieopslagbedrijf voor de rechter gedaagd, wat het hoogtepunt vormde van deze complexe juridische strijd. De zaak werd in januari van dit jaar in de laatste beroepsfase afgehandeld.

De belangrijkste claims van de toeristische bestemming in de eerste rechtszaak waren onder meer:

  • Ontbinding van de “Electric Boat Refitting Agreement”, ondertekend op 30 januari 2015, en een bevel aan het energieopslagbedrijf om de contractprijs van 4.2 miljoen yuan terug te betalen.
  • Ophalen van de bij de zaak betrokken energieopslagsystemen en laadpalen/verdeelkasten uit nikkel-waterstofbatterijen.
  • Schadevergoeding van 2,744,452.71 yuan voor brandbestrijdings- en milieuherstelkosten opgelopen als gevolg van het brandincident.
  • Schadevergoeding van 3,588,300 yuan voor bedrijfsonderbrekingsverliezen als gevolg van het brandincident.

Het proces in eerste aanleg van de zaak draaide om drie belangrijke twistpunten tussen de twee partijen:

  1. Kwaliteitsnorm voor batterijsystemen: Het contract definieerde niet expliciet de kwaliteitseisen voor ‘energieopslagsystemen voor nikkel-waterstofbatterijen’. Het contract bepaalde echter dat partij B ervoor moest zorgen dat de geleverde producten voldoen aan de relevante nationale regelgeving. Ondanks dat het een aanbevolen nationale norm is, moet de “Ship Battery Device”-norm (GB/T13603-2012) worden nageleefd als er geen verplichte nationale kwaliteitsnormen aanwezig zijn. De rechtbank achtte deze norm van toepassing, vooral gezien de cruciale rol van de elektrische boten bij het waarborgen van de veiligheid van passagiers.
  2. Verificatie en due diligence: Het energieopslagbedrijf beweerde dat zij de verificatie en acceptatie van de batterijsystemen hadden voltooid en daarmee aan hun verplichtingen uit het contract hadden voldaan. De rechtbank oordeelde echter dat zelfverificatie de toepassing van nationale normen en de verificatievereisten van relevante autoriteiten niet kon vervangen. Het ontwerp en het achteraf inbouwen van aandrijfsystemen voor boten moeten worden geïnspecteerd door bevoegde inspectie-instellingen, zoals voorgeschreven door de maritieme regelgeving.
  3. Nalatigheid en aansprakelijkheid: De rechtbank erkende het toezicht op de veiligheid van de toeristische bestemming, zoals ontoereikende brandveiligheidsmaatregelen en een gebrek aan waakzaam personeel tijdens het laadproces van de boot. Het stelde het energieopslagbedrijf echter verantwoordelijk voor het selecteren van een ongeschikt batterijsysteem, dat niet geschikt was voor de vochtige omgeving van de toeristische bestemming. Deze nalatigheid vergroot de veiligheidsrisico's, wat uiteindelijk tot het brandincident heeft geleid.

Na beoordeling van de mate van schuld aan beide kanten, bepaalde de rechtbank dat het energieopslagbedrijf 50% van de verantwoordelijkheid voor de schade opgelopen door het brandincident op zich moest nemen, terwijl de toeristische bestemming de resterende 50% zou dragen. De totale verliezen als gevolg van het “3.3 Brandincident” bedroegen 5,591,910 yuan ($869,784). Op basis van de vastgestelde aansprakelijkheidsratio werd het energieopslagbedrijf veroordeeld tot het betalen van 2,795,955 yuan ($434,892), waarbij de rest van de verliezen voor rekening kwam van de toeristische bestemming.

In hoger beroep in tweede aanleg bevestigde de rechtbank alle eerdere vonnissen en onderstreepte daarmee het belang van het naleven van normen en zorgvuldige due diligence binnen de snelgroeiende energieopslagindustrie. Deze baanbrekende zaak herinnert ons er duidelijk aan dat nalatigheid op het gebied van batterijen tot ernstige gevolgen kan leiden, waardoor de industrie de veiligheidsprotocollen en contractuele verplichtingen opnieuw moet beoordelen om de openbare veiligheid te waarborgen en de financiële verplichtingen te beperken.

Laat een reactie achter

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd *